Het renessanceschip verlaat de haven en begint haar weg naar het onbekende. De zon is zojuist onder de horizon verdwenen als een dondere kurkentrekkervormige wolk zichtbaar wordt. Een front met aan de andere zijde slecht weer. Terwijl er in de hemel boven het schip sterren zichtbaar worden, strijken de matrozen de zeilen. Al dobberend maken de heren zich gereed voor een weersomslag terwijl het dondere front dichterbij komt. De stilte voor de storm. Een vlakke Noordzee, Nederland nog in zicht en alle hens aan dek. Het front naderd de boot, de matrozen worden onrustiger terwijl de golfslag langer en hoger wordt. Plots, slaat het om. De wind die zojuist nog rustig van achteren blies, zorgt dat de kapsels strak naar achter zitten. De donkere kurkertrekkervormige wolk bezwijkt de hele horizon, waarna de donkere kleur snel gehoor geeft. Regen. De matrozen twijfelen, blijven dobberen en de storm hun toekomst laten bepalen of de zeilen hijsen en recht tegen de storm invaren.
Tegenwoordig zal een dergelijke situatie niet snel voorkomen, voor vertrek bekijkt men uitgebreid een weerbericht en zal buienrader tijdens het vertrek onder slechtere omstandigheden, altijd bij de hand zijn. Als het gaat om jouw toekomst wil een dergelijke situatie, soms meermaals, voorkomen. Wanneer het leven er iets donder uit begint te zien, is het aan jou om keuzes te maken. Des te langer jij wacht met een keuze maken, des te mindere keuzes over zullen blijven. Neem de matrozen, zij maken de keuze hun snelheid te verminderen, klaarmakend voor impact. Ik zou de zeilen dusdanig trimmen dat het schip met maximale vaart de storm benaderd zodat de impact relatief kleiner wordt. Gang is alles. Met voldoende snelheid zal ik met minste uit evenwicht raken. Op persoonlijk gebied doe ik dit echter niet altijd, hierdoor ben ik soms wankel en komen twijfelende situaties op mijn pad. Uren worden dagen, dagen worden weken en soms wel maanden voordat een knoop kan worden doorgehakt.
Met nog negen maanden te vullen, vervolgde mijn zoektocht. Lopend langs het 50 meter lange strand in mijn pittoreske geboortestad, keek ik naar de overkant van het IJsselmeer. De windmolens die voor Urk zijn geplaatst verstoorde mijn moment. Echter, het zicht was zeer goed, wat betekende dat ik die dag Stavoren in de verte zag. Ontelbare keren heb ik op dit stuk water gezeild en dat konden er nog heel veel meer zijn.
Het water. Het laat mij los als eb, terwijl het mij daarna weer naar zich toetrekt als vloed. Juist daardoor behoud het altijd mijn interesse. Waar mini Thijs stond te popelen om weer de boot op te mogen en wedstrijden te gaan varen, net zoals die ouwe vader, kon ik tijdens mijn puberjaren die bootjes wel vervloeken. Na de middelbare school, toen Enkhuizen een zeilschool kreeg, borrelde mijn liefde voor het zeilen weer op als een fles champagne die van haar koolzuur werd verlost na het ontpoppen van de kurk. Een sprankelijk moment dat mij nog altijd bijstaat. Eén verschil echter, mijn sprakelende bubbel leeft nog altijd en is zelfs voller geworden na mijn laatste zeiltrip in Fiji, Frans Polynesie. Mini stukjes Atlantische Oceaan en Pacific zijn reeds bevaren, maar ik wil meer. Laat mij zeilen, gaan waar de wind mij brengt. Met perfect getrimde zeilen, op volle vaart, met het zomerseizoen mee.
“Vroeger dacht ik altijd later, later wil ik als jou zijn. Vroeger droomde ik van het water, over zeëen varen. Vrij zijn, net zoals hij zijn.” – Ciske de Rat
Een doel is gezet. Vier maanden per jaar het land vermijden. Maar hoe? Dat is een tijdelijk raadsel aangezien ik een certificaat mis om dit deel van de droom waar te maken. Enfin, dat is een kwestie van tijd en examen doen.
Drie in de sneeuw. Vier op het water. Nog vijf maanden te vullen…